Na de operatie kun je tijdelijk minder goed uit de voeten. Doordat je minder in beweging bent en door de operatie zelf, heb je kans op het krijgen van trombose (stolsels in je bloed). Door het gebruik van trombose spuiten is de kans hierop erg klein. Dit medicijn maakt het bloed minder stolbaar. Ik krijg er ”mooie” blauwe bovenbenen van  maar gelukkig ziet het erger uit dan het is.

Wat is trombose?

Trombose is een bloedstolsel (bloedprop) in een bloedvat. Door groei van het stolsel kan het bloedvat verstoppen en uiteindelijk volledig afgesloten raken. Het bloedpropje kan ook loslaten en op een andere plaats in uw lichaam een bloedvat afsluiten, bijvoorbeeld in de longen.

De verschijnselen van trombose zijn:

• een kuit die warm aanvoelt en pijn doet;
• een rood en glanzend been;
• een plotseling optredende kortademigheid.

Neem direct contact op met het ziekenhuis wat de operatie heeft uitgevoerd of je huisarts als je één van deze verschijnselen hebt!

Hoe vaak moet je je injecteren

Je krijgt in het ziekenhuis savond de eerste trombose injectie, deze word door de verpleging gezet. Je bent die dag zo suf van de operatie dat het je misschien zelf nog niet lukt. De tweede dag in het ziekenhuis ga je samen met de verpleegster aan de gang ze legt je alles uit ,niet bang zijn het gaat vrij gemakkelijk. Je kunt danals je naar huis gaat ze zelf zetten.

Hoe lang moet je doorgaan met de trombose spuitjes?

De arts bepaalt hoe lang je thuis met het injecteren door moet gaan. Meestal is dit 4 tot 6 weken na de operatie. Bij mij was dit ”maar” 4 weken.

Waar moet je je injecteren?

De spuit moet in je boven been, je prikt snel de naald in je been en druk de spuit leeg je zult zien dit voel je bijna niet. Het brande bij mij een beetje na. Eventueel kunt u ook in de buik prikken. Dit kan in de voor- of zijkant van je buik. Laat daarbij 5 cm rondom uw navel vrij. Het kan geen kwaad als je in een blauwe plek injecteert Prik jezelf niet in de buurt van een wond of een litteken.

Prik de ene avond in het linker been en de volgende avond in je rechter been dit is om huidirritaties te voorkomen.

Hoe moet je injecteren?

Lees voor het gebruik de bijsluiter. Ik adviseer je de werkwijze uit de bijgesloten folder te volgen:

1. Haal het rubberen afdekdopje voorzichtig van de naald af. Verwijder de luchtbel in de spuit niet. Deze zorgt er juist voor dat alle vloeistof kan worden geïnjecteerd.
2. Plaats de vingers rond de plek waar u de naald wilt inbrengen. Zorg ervoor dat u hierbij geen huidplooi oppakt! Breng de naald loodrecht en in zijn geheel in de huid.
3. Breng de vloeistof vervolgens in door de stamper langzaam naar beneden te drukken. Als de spuit leeg is, wacht u vijf seconden voordat u de naald voorzichtig recht omhoog uit de huid trekt. Wrijf na afloop niet op de prikplaats. Als er na het injecteren een kleine bloeding optreedt uit de injectieplaats, drukt u deze enkele minuten af.
4. Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip. Houd thuis het tijdstip aan waarop u in het ziekenhuis uw eerste injectie kreeg. Als u wilt, kunt u eenmalig het tijdstip veranderen.
   Bent u vergeten een injectie toe te dienen, injecteer de dosering direct als u er aan denkt. Of wacht, als het bijna tijd is voor de volgende dosering, tot dat tijdstip.
5. Berg gebruikte spuitjes op in de bijgeleverde  afsluitbare pot en lever deze in bij de apotheek